Erger nog: Moord op mijn parking. Gruwelijk, afgrijselijk, verschrikkelijk. Ik was er niet goed van. De wetenschap dat er zich - waarschijnlijk vannacht, maar ik heb er niets van gehoord - een gruwelijke en nietsontziende aanslag heeft voorgedaan binnen de grenzen van mijn eigendom, is bijna ondraaglijk.
De wetenschap dat een onschuldig wezen van het leven beroofd werd op een ongelooflijk wrede manier en ik er niets aan kon doen om die wandaad te stoppen, zal ik de rest van mijn leven moeten meedragen. Ik zal er mee moeten leren leven en proberen een manier te vinden om mijn leven toch nog zinvol in te vullen. Al zal het moeilijk zijn na deze nacht.
Ik kan het nog altijd niet geloven. Ik kan het nog altijd niet accepteren. Ik ga er vannacht niet goed van zijn. Heb ik iets gehoord? Heb ik misschien in mijn slaap de kreten van angst en de wetenschap dat de dood voor dit arme schepsel nabij was toch gehoord, maar heb ik me onverschillig omgedraaid en verder geslapen? Ik weet het niet. Het zou best kunnen. En dat is bijna niet te dragen.
Ik hoop dat ik ooit iets kan doen dat deze pijn een beetje kan verzachten, maar ik betwijfel het. Het enige wat ik heb kunnen doen, is dit arme wezen een laatste rustplaats geven.
Maar het zal altijd een zinloos van het leven beroofde, wellicht nageslacht achterlatende, nooit naar huis wederkerende, anonieme duif blijven...
Blogje ',','
Geen opmerkingen:
Een reactie posten