zaterdag, november 22, 2003

Tranen met tuiten heb ik gehuild

Tranen met tuiten heb ik gehuild

Er was geen stoppen meer aan. Met een keukenhanddoek moest ik mijn tranen drogen, maar het hielp niet. Toch niet voor lang. Voor ik weer een poging kon doen om verder te gaan, waren de tranen weer daar. Onstopbaar, onstuitbaar was de opmars van de waterlanders in mijn ogen. Wat ik ook deed, niets kon ze stoppen. Niet voor het werk dat ik voor ogen had, gedaan was.
Het was een hard werk, een wreed werk, en ik wist op voorhand dat ik het er moeilijk mee ging hebben, maar dat het mij zo zwaar zou vallen, had ik niet kunnen voorzien. Had ik dat geweten, ik zou getwijfeld hebben of ik het wel wilde doen.
Maar nu is het gedaan en ben ik blij dat het achter de rug is. Want het moest, er was geen ontkomen meer aan. Wilde ik mijn leven voorzetten zoals ik het wilde, wilde ik dat er niets ontbrak wat onontbeerlijk is voor mij, moest ik deze harde noten kraken.
En nu, nu kan het leven verder gaan. De ajuinen zijn gesneden, de soep is gekookt, we kunnen weer onze dagelijkse soep nuttigen, waar zowel Els als ik grote behoefte aan hebben. Een maaltijd zonder soep is geen volledige maaltijd voor ons. En aangezien alle soep op was, moest ik de harde taak van het soep koken wel aanvattan. Niet dat Els het niet graag doet hoor, maar ik doe het ook gewoon graag. Vind ik leuk. Tien liter heb ik gekookt. Twee soorten. Preisoep en courgettesoep. Heerlijk, lekker, yummie yummie. En als ze afgekoeld is, gaat ze de diepvries in, zodat we weer voor een week of drie soep hebben. Want elke dag verse soep maken, dat zit er niet in als je allebei gaat werken. Maar op deze manier kan het wel.
En aangezien ook de spaghettisaus opwas, heb ik ook hier maar een grote casserole van gekookt. Met mijn geheime kruidenmix. Pietje Huysentruyt zou er nog iets van kunnen leren.
Ik moet zeggen, ik kan heel veel respect opbrengen voor de chefkoks in die grote restaurants. Als die 20 of 30 plats gelijk moeten klaarmaken. Chapeau. Ik moest al crossen en heksen met mijn drie casserollen, wat moet dat geven als er 30 casserolen op het vuur staan. Zou niets voor mij zijn. De helft zou aangebrand zijn en de andere helft nog rauw.
Maar mijn soepekes en mijn spaghettisaus zijn zeer lekker, dat wel. Al zeg ik het zelf.

Blogje ',','

Geen opmerkingen: